Overslaan en naar de inhoud gaan
x
Stéphane Huart

Een geschenk na mijn terugkeer: ik voel me nog steeds een beetje expat bij de MIVB

Stéphane Huart studeerde in 2012 af als ingenieur-architect maar voelde zich altijd het meest aangetrokken tot de architecturale kant van zijn vakgebied. Twee jaar architectuurstage zag hij echter niet meteen zitten en hij begon in de bouwkunde te werken. “Mijn eerste job was bij een landmeterbureau in Brussel dat verantwoordelijk was voor de restauratie van de façade van het Hôtel Aubecq, door Victor Horta ontworpen. We hebben toen de gevel met een 3D-scanner onderzocht en konden zo een identieke reconstructie printen. Na dat project heb ik een tijdje gependeld tussen Aarlen en het Groot-Hertogdom-Luxemburg, maar omdat ik geen grote fan ben van autorijden, vond ik het niet zo fijn en besloot ik om samen met een paar vrienden een bedrijfje op te richten.”

Wat ze destijds voor Hôtel Aubecq hadden gedaan met de 3D-scanner was redelijk revolutionair en ze waren één van de eerste in België die dat deden. Stéphane trok het idee door en zette met zijn bedrijf de plannen van architecten om in 3D-modellen, waar zowel de architect als de klant op konden tekenen om beter te communiceren. “Hoewel we erg geloofden in de onderneming en er hard aan gewerkt hebben, voelden we op termijn aan dat het niet zou slagen op de manier die we voor ogen hadden. Ik ben toen gaan uitkijken naar andere carrièremogelijkheden.”

Miljoenenproject in Bahrein

Hij kwam terecht bij een bedrijf dat hem meteen een carrière in het buitenland voorstelde. “In België zijn de mogelijkheden soms beperkt, maar als je Engels spreekt, ligt de weg naar het buitenland wijd open. Ik zei volmondig ja op het aanbod, en zocht pas achteraf op waar Bahrein nu eigenlijk precies lag. Enkele maanden later zat ik op het vliegtuig naar het Midden-Oosten, waar ik twee jaar zou blijven.”

Zijn bedrijf werkte mee aan de bouw van het nieuwe Four Seasons Hotel op een artificieel eiland, een project van 300 miljoen euro. Stéphane kwam er terecht in het studiebureau ter plaatse om een team van vijf personen te leiden. “Het leuke aan de job was dat ik hier wél architectuur en bouwkunde kon combineren. Het was een heel praktische job, ons bureau was op de werf en we moesten de plannen van de architecten vertalen naar een gedetailleerd technisch plan en een plan van uitvoering voor de ambachtslui. Dan krijg je natuurlijk dagen waarop de architecten kwamen preciseren welk exact soort blauw ze voor ogen hadden, waarna de werkmannen kwamen klagen dat de plannen 3 millimeter fout waren getekend. We kregen van links en rechts input en dat maakte het zo boeiend en dynamisch. Je moet beide talen kunnen spreken; zowel de taal van het beton als die van de schilderkunst.”

De materialen in Bahrein zijn nogal “bling-bling” vergeleken met wat we hier gewoon zijn. Gelakte houten panelen met een digitale print, brons tot in de kleinste hoekjes van het gebouw en badkamerspiegels van € 200.000 per stuk, met de hand gemaakt van bladzilver. “Allemaal hele mooie en kostbare materialen met hun eigen uitdagingen, heel specifiek voor de smaak en stijl van de regio en waar ik in België nooit mee in aanraking zou komen. Dat alles maakte het zo interessant voor mij: het was mijn eerste grote project met een gigantische infrastructuur en speciale materialen. Ik heb me vooral moeten richten op het betonwerk en de technieken zoals ventilatie en elektriciteit. Dat lijkt standaard, maar opnieuw zat de uitdaging erin de wensen van de klant op een realistische manier omzetten. De klant vraagt bijvoorbeeld om de zonnewering met één knop naar beneden te laten gaan terwijl tegelijkertijd de trap oplicht, wij zochten dan de oplossing om de kabel te trekken zodat zijn idee werkte.”

Integreren in het Midden-Oosten

Uiteraard zijn de budgetten en salarissen in het Midden-Oosten niet te vergelijken met West-Europa, daartegenover staat wel een werkritme van 6 dagen op 7, met werkdagen die beginnen om zeven uur ’s morgens en eindigen tegen negen uur ’s avonds. Het er iets liberaler aan toe dan in andere golfstaten. “Ze staan open voor alles wat buitenlands is en zijn nogal kosmopolitisch ingesteld. Ook het oude stadscentrum is de moeite waard, het is niet enkel historisch maar ook architecturaal interessant. Ik heb me er erg thuis gevoeld, niet enkel in de expatgemeenschap. Omdat ik nogal fan ben van bordspellen, heb ik op voorhand opgezocht of er ook clubs bestonden in Bahrein. In die clubs is er geen onderscheid tussen expat of local, ik maakte Bahreinse vrienden door een gedeelde hobby. Al snel werd het meer dan enkel bordspellen en organiseerden we ook etentjes. Op den duur vond ik zelfs lokale ambachtsmannen voor de werf omdat we aan gedeelde tafels zaten te brunchen.”

Je moet beide talen kunnen spreken; zowel de taal van het beton als die van de schilderkunst.”

Toen het project ten einde liep, besliste hij om terug naar Brussel te verhuizen. Hij kende er bijna niemand meer, behalve enkele expats die ook in Bahrein hadden gewerkt en naar Brussel verhuisd zijn. “Een Belgische vriend die ik in Bahrein leerde kennen was zelfs vorige maand getuige op mijn huwelijk en vrienden die ik er leerde kennen kwamen speciaal voor de gelegenheid vanuit de VS en Ierland naar België.”

Job met internationale allure

MIVB was de enige werkgever die een aanbod kon doen dat aansloot bij wat Stéphane in Bahrein gedaan had, namelijk een groot project dat een mix tussen architectuur en bouwkunde vormt. Hij werkt mee aan één van hun grootste projecten, een volledig nieuwe stelplaats voor de elektrische vloot. “Bij mijn sollicitatie beloofden ze me dat ik leuke projecten zou mogen doen en het was niet overdreven. Ook hier combineer ik bureaustudie en de werf, dat is eerder zeldzaam in België. In Europa is er minder aandacht voor polyvalentie, waar dat in het Midden-Oosten echt een noodzaak is gezien de kleine ploegen. Naast de professionele uitdagingen van deze job, vind ik het ook fantastisch dat ik meewerk aan een socialere samenleving. MIVB is enorm aan het uitbreiden en dat komt de stad ten goede. Ook de werkomgeving is fijn, veel collega’s zijn gepassioneerd door mobiliteit en gaan bijvoorbeeld in het weekend als vrijwilliger werken in het Trammuseum. Het schept een speciale werksfeer, die ik nog niet vaak gezien heb bij andere bedrijven. Hier voel ik me echt thuis en kan ik volledig mezelf zijn, zowel qua type project als het team waarin ik werk.”

Het mag gezegd: Brussel is een internationaal kruispunt, waar je je ook als Belg nog steeds expat kan voelen. “Veel avonden hier delen we met een internationale vriendengroep en ik vind dat een zegen. Mijn vriendin heeft een expatervaring in Denemarken en Londen achter de rug en we hadden allebei wat moeite om ons terug aan te passen aan het plattelandsleven in België. Eerlijk is eerlijk: het comfort van het exotische expatleven is niet te vergelijken met de levensstandaard in België. Ook de gedeelde sfeer en het samen vieren van alle mogelijke feestdagen, dat mis ik hier. Je bouwt in het buitenland snel heel hechte banden met je collega’s omdat je zo intensief samenwerkt en iedereen er alleen aankomt.”

Re-integratie in Brussel

Ondertussen hebben ze in Brussel opnieuw een vriendenkring opgebouwd. “Ik hoor van expats dat ze het moeilijk vinden om contact te leggen met Belgen. Ze staan altijd wel open voor een praatje, maar een vriendschap opbouwen is veel moeilijker en duurt lang. Terwijl het in andere culturen vanzelfsprekend is om uitgenodigd te worden bij iemand thuis voor een etentje, is dat hier toch eerder een teken van échte vriendschap.”

“Na mijn ervaring kan ik dingen wel meer in context plaatsen. Als mensen klagen over de kwaliteit van het onderwijs of de kosten van een mutualiteit, vergelijk ik het snel met hoe het er in andere landen aan toegaat. Ik was ziek in Bahrein en in het ziekenhuis raadden ze me een hele reeks testen aan. Aan de balie kreeg ik te horen dat het zo’n 600 euro zou kosten. Dat had ik uiteraard niet cash bij en ze gaven me de optie om te kiezen welke testen ik dan wel wilde doen. Dat is ondenkbaar in België. Gezondheidszorg is natuurlijk niet gratis, maar is zoveel betaalbaarder dan bijvoorbeeld in de Verenigde Staten. Ook de ogen van onze ouders werden geopend door onze ervaringen; ze zijn ons komen bezoeken op plaatsen waar ze zelf anders nooit naartoe zouden reizen. Hetzelfde met Brussel: ze zien pas nu hoe aangenaam het hier wonen is omdat ze ons bezoeken.”

“Ik zou iedereen aanraden om in het buitenland te wonen en werken, maar in mijn ogen is de beste periode daarvoor net na je studies. Het heeft al heel wat meer voeten in de aarde om met een partner en kinderen te verhuizen en ook de sociale zekerheid wordt belangrijker naarmate je ouder wordt en in een andere fase van je leven terechtkomt. Een buitenlandervaring verandert je visie op het leven en ik vind het fantastisch dat ook mijn vriendin gelijkaardige ervaringen heeft meegemaakt en dat we dat kunnen delen met elkaar.”

Meer info: jobs.mivb.be

Auteur:
Anne Cruyt